REISAFFICHE

Home Reizen Contact Site Map Zoeken

Inhoudsopgave
Inleiding
Dag 1
Dag 2
Dag 3
Dag 4
Evaluatie en tips Foto's



Ardennen 2006

Nieuwsgierige geit

Vrijdag 4 augustus 2006

Op weg naar Ozo


Onze streeftijd om te vertrekken is tien uur en het wordt... half elf. Dat valt mee! In Nederland regent het en onderweg wordt het er niet beter op.

Vanwege een file bij Antwerpen wijken we af van de route die Paul oorspronkelijk gepland had. We komen in een gebied waar we geen wegenkaart van hebben en gaan af op onze intuïtie. Bij het plaatsje Soheit-Tinlot rijden we de kaart weer op.

Ons volgende aanknopingspunt is Hamoir. Dat vinden we zonder problemen. We kennen Hamoir nog van een vorige keer. Het is een druk, toeristisch plaatsje met een spoorlijn er door heen.

Vervolgens gaan we op zoek naar Bomal. Ondertussen wordt het landschap om ons heen steeds bossiger en de dorpjes lieflijker. De sfeer is ontegenzeggelijk Frans.

Bomal hebben we al snel gevonden. We draaien een bosweg op die ons met haarspeldbochten naar Izier en uiteindelijk naar Ozo moet brengen. Ozo is zó klein dat we de afslag aanvankelijk over het hoofd zien. Nadat we de kaart nog eens goed geraadpleegd hebben, komen we op de juiste plek terecht.

Even later rijden we het terrein van de camping annex geitenboerderij op en gaan ons melden in het kaaswinkeltje. We mogen de tent zetten waar we willen. Op het veldje achter de geitenschuur is plek zat: er staat alleen een caravan, bevolkt door een Nederlands gezin met twee jonge kinderen.

We zetten de tent bij het pleehokje en hebben uitzicht over een weiland en het kerktorentje van Ozo. Net wanneer de tent staat, begint het te regenen. We vluchten naar binnen en bellen de moeders.

Nadat we een tijdje hebben uitgerust en de bui voorbij is, trekken we naar het naburige Bomal. We doen boodschappen bij de Spar. Het leven is hier een stuk relaxter merk ik wanneer ik een kwartier voor de kassa sta te wachten. De caissière neemt haar tijd en er is niemand die moppert of dramatisch zucht.

We rijden door naar Marche-en-Famenne, waar ik wat foto's maak op het kerkhof. Het kerkhof bestaat uit een oud en een nieuw gedeelte, van elkaar gescheiden door een doorgaande weg.

We gaan op zoek naar een restaurant, maar de eetgelegenheden in Marche blinken uit in sfeerloosheid. Uiteindelijk besluiten we ons geluk in Hotton te beproeven.

Er is kermis in Hotton. We parkeren de auto te midden van de kermiswagens. Over een pad langs een moestuin lopen we naar het centrum. Restaurant Jacquesmart ken ik nog van de vorige keer dat we hier waren (in 1989). Het zit vol kermisklanten. We nemen plaats aan het één na laatste vrije tafeltje.

De bediening verloopt vlot en al gauw zitten we achter een vol bord. Ik heb een vol-au-vent en Paul heeft voor een varkenslapje gekozen. Het is uitstekend klaar gemaakt.

Na het eten gaan we de kermis op, die zich door het hele dorp slingert. Er staat een prachtige, oude carrousel uit de 19e eeuw. Langs de oever van de Ourthe staan nog meer attracties. Er liggen paardendekens over het drassige gras verspreid, zodat de kermisbezoekers niet tot hun enkels in de blubber weg zakken.

We nemen een kijkje bij een (in onze ogen) afschuwelijk martelwerktuig. Aan de uiteinden van een metershoge mast hangen twee bakjes, waar in totaal acht personen plaats kunnen nemen. De mast draait rond als een molenwiek, waarbij de bakjes regelmatig over de kop slaan.

Terug in Ozo lopen we langs de 38 huizen en boerderijen die er staan, terwijl de vleermuizen over ons heen scheren. En dan is het bedtijd.

Limerick die ik onderweg bedacht naar aanleiding van een plaatsnaam die we zagen:

Er was eens een man uit Steenockerzeel
Die dronk elk weekend steevast teveel.
Hij kroop achter 't stuur
En ramde een muur
Nu bespeelt hij de harp in een wolkenkasteel.

<-Vorig hoofdstuk: inleiding Volgend hoofdstuk: dag 2->
Home Reizen Contact Site Map Zoeken

Valid HTML 4.01 Transitional