REISAFFICHE

Home Reizen Contact Site Map Zoeken

Inhoudsopgave
Inleiding
Dag 1
Dag 2
Dag 3
Dag 4
Evaluatie en tips Foto's



Ardennen 2006

Menhirs bij Wéris

Zaterdag 5 augustus 2006

Prehistorische overblijfselen


Een nadeel van deze camping is het grote aantal vliegen. Toen we gisteren aan het uitladen waren, waarbij de achterklep en de deuren open stonden, nestelde zich een heel legioen aan vliegen in de auto. En ze willen er niet meer uit!

Een ander nadeel is het primitieve sanitair. Toen we hier de eerste keer kwamen was er een plee, een douchekop die op een kraan kon worden aangesloten en een wastafel. Er was geen warm water. Ik had verwacht dat het nu iets luxueuzer zou zijn, maar het is juist nóg primitiever geworden! Er is nu geen douchekop meer, maar slechts een tuinslang waarmee je jezelf of iemand anders kunt schoon spuiten. Nou, mij niet gezien zonder warm water!

Het fraaie uitzicht, de rust en de geiten maken echter veel goed. De geiten zijn bijzonder vriendelijk en nieuwsgierig. Ze laten zich zonder problemen aaien. Dat geldt niet voor de boerderijkatten, want die zijn zo schuw als de pest!

Vanmorgen begon het kerkklokje om half acht venijnig te slaan. Meteen daarna begonnen de koeien te loeien, de honden te janken, de hanen te kraaien, de geiten te mekkeren en de landbouwmachines te reutelen. Zo, het dagelijks leven was begonnen!

Ik ga het dorp verkennen en kijk meteen of er ergens een bakker zit. Helaas, "ons" dorpje is te klein om een eigen bakker te hebben. Even later rijden we naar de grote Spar in Barvaux. Onderweg komt er een heel wielerpeloton voorbij.

Terwijl we in de supermarkt bij de kassa staan, komt een man melden dat er een auto het parkeerterrein is afgerold en nu midden op de weg staat. De Nederlanders achter ons schieten in de stress, want ze denken dat het hun auto is. Dat blijkt echter niet het geval te zijn. Wat een consternatie!

Op de camping ontbijten we met pain au chocolat en boerenkoffie. We zijn van plan vandaag naar Sy te gaan, maar wanneer we op de kaart kijken zien we in de nabijheid van Ozo dolmens aangegeven staan. Dát vinden we ook wel interessant. We rijden daarom naar het plaatsje Wéris, waar zich de stenen bouwwerken bevinden.

Vanuit Wéris zijn er verschillende wandelroutes uitgezet om bij de Dolmens te komen. Wij kiezen voor route 1: een betrekkelijk korte route met weinig hoogteverschil. In eerste instantie lopen we verkeerd. Over een landweggetje wandelen we het dorp uit en passeren een mooi kerkhofje. Omdat we verder helemaal geen borden tegen komen, keren we terug naar de dorpskern. We gaan eerst een hapje eten. Dat blijkt achteraf een goede beslissing te zijn. Terwijl we op het terras van een brasserie zitten, begint het opeens te plenzen. Die bui hadden we anders onder het wandelen over ons heen gekregen. Nu kunnen we de brasserie binnen vluchten. Langzaam neemt de regen af.

Na het eten lopen we naar de auto om onze paraplu's op te halen. We krijgen wederom een hoosbui en schuilen in de achterbak. Het is vast een komisch gezicht hoe we erbij zitten. Een aantal passanten schiet spontaan in de lach.

Wanneer het droog is, gaan we voor de tweede keer op weg. Nu kunnen we wel de juiste route vinden: langs de kerk en dan rechtsaf. We komen een heleboel kappelletjes tegen met Jezus- en Mariabeeldjes. Tussen koren- en maïsvelden door lopen we naar de eerste dolmenplek. Het is een langgerekt grafmonument geweest, waarvan een klein gedeelte in tact is gebleven. Terwijl we de dolmen bekijken, komt er een groepje quad-rijders langs. Ze kunnen hier lekker crossen door de modderige polder.

Op een half uurtje loopafstand ligt het tweede grafmonument. Dit is een ronde steengroepering, gelegen in een kuil. Rond de kuil staan vier statige, oude bomen. Links staat een groepje menhirs, waarvan één steen is omgevallen.

Het is ondertussen aardig warm geworden en we zijn blij dat de route ons door een schaduwrijk bos leidt. We hebben aldoor een mooi uitzicht op de vier bomen, de heuvels in de verte en de nabijgelegen velden. Aan de linkerkant van de kerk komen we het dorp weer binnen.

Vervolgens willen we naar Sy rijden, maar we hebben nog maar weinig benzine in de tank. De kant van Sy op zijn er slechts weinig tankstations, dus besluiten we richting Rochefort te gaan. We tanken in Barvaux en vervolgen onze weg. In Marche-en-Famenne stoppen we bij een Carrefour supermarkt en slaan spullen voor het avondeten in.

Nadat we boodschappen hebben gedaan is het al zo laat geworden dat we Rochefort voorlopig laten zitten. Via Hotton, waar het nog steeds volop feest is, rijden we terug naar de camping. We maken kaasfondue klaar en vermaken ons met de geiten. Ze krijgen een grote baal hooi van de boer. Met veel gesnuif en geproest (ze hebben kennelijk last van hooikoorts) beginnen ze te eten.

Er zijn vier tenten bij gekomen op het terrein en we hebben buren gekregen: een jong verliefd stelletje. We nasjen op ons gemak en maken dan een avondwandeling door het dorp. We nemen poolshoogte bij een andere kampeerboerderij: Ferme de Strasbourg. De naam spreekt ons aan, maar het blijkt er een zooitje te zijn. Overal staan verroeste landbouwmachines, er ligt her en der afval en bij de ingang ligt een lekkend olievat.

Achter de één na laatste boerderij van het dorp staat een zwanger paardje in de wei. Ze is een beetje schichtig en kijkt nogal sip. We voeren haar vers gras, wat ze niet uit de hand durft te eten.

Terug op de camping gaat Paul nog even de geiten begroeten. Eén van de geiten kijkt hem diep in de ogen en... proest een kwak fijngekauwd hooi in zijn gezicht! Jammer genoeg was ik er niet bij, anders had ik beslist in een deuk gelegen!

De schuwe boerderijkatten cirkelen bedeesd om ons heen. Ik zet wat stukjes kaas voor hen klaar. Misschien dat ze vannacht durven komen.

<-Vorig hoofdstuk: dag 1 Volgend hoofdstuk: dag 3->
Home Reizen Contact Site Map Zoeken

Valid HTML 4.01 Transitional