![]() |
Home | Reizen | Contact | Site Map | Zoeken |
Inhoudsopgave
|
Cambodja![]() Dag 2: zaterdag 20 oktober 2001BangkokTempels en boedha'sOm half acht wordt de landing ingezet en om acht uur plaatselijke tijd komen we aan in Bangkok. We zullen hier de rest van de dag en één nacht doorbrengen, voordat we doorreizen naar Cambodja. Nog steeds weten we niet wie bij onze groep hoort, maar daar komt nu snel verandering in. In de hal staat de reisleider, Vincent Tepas, ons op te wachten. De rest van de groep bestaat veelal uit mensen van middelbare leeftijd. Wij zijn de twee jongsten. Ergens is het wel logisch: iemand van 18 gaat niet zo gauw naar Cambodja. Even later staan we buiten in de klamme, tropische hitte. We worden ingeladen in twee minibusjes en rijden over de rondweg naar het New World Lodge Hotel in hartje Bangkok. Dit hotel is een oude bekende voor ons. Wij logeerden er een aantal nachten tijdens onze Thailandreis, zeven jaar geleden. De receptie is nog steeds een zooitje met allerlei kabels die uit een open plafond hangen. Er is wel een leuk restaurantje naast het hotel gekomen. Daar zat vroeger een frisdrankwinkeltje. Vincent houdt een kort praatje en de sleutels worden uitgedeeld. Wij krijgen kamer 502, een grote ruimte met een tweepersoonsbed, een t.v., een kledingkast, een ladekast en een zitje. We hebben een balkon, dat uitkijkt op een klong (=gracht) en een aparte badkamer. Een half uur later komen we opnieuw bijeen voor een briefing en enkele formaliteiten. We krijgen een stadsplattegrond en dan kunnen we op pad. We gaan eerst geld pinnen. De weg weten we nog van vorige keer. Over het wandelpad langs de klong, een bruggetje over, door een smal straatje met aan weerskanten eetstalletjes, zo komen we bij de bank. Met geld op zak lopen we naar het New World warenhuis, waar we zeven jaar geleden mooie T-shirts en nep-Nikes hebben gekocht. Maar helaas, het gebouw staat leeg. Alleen op de begane grond wordt een schoenen- en kledingmarkt gehouden. Langs een straat met vele winkeltjes en stalletjes lopen we naar een Wat (=tempel). Een oude vrouw reikt mij een lotusbloem, een kaarsje en wat wierookstokjes aan om te offeren voor Boeddha. Ik brand de wierook voor een aantal zieken in onze familie- en vriendenkring. Daarna loop ik naar de achterkant van de tempel. Er wordt een familiefeest gehouden: een jongen wordt tot monnik gewijd. Arme kinderen uit de buurt mogen de restjes hebben van het feestmaal. Ze staan in hun mooiste kleertjes hun beurt af te wachten. Terwijl ik rondloop door de tempeltuin, raak ik in gesprek met een leraar uit Phuket, die met zijn zus op bezoek is in Bangkok. Hij heeft een paar tips voor bezienswaardigheden en zet cirkeltjes en kruisjes op de plattegrond. Hij raadt ons aan een tuk-tuk te huren, maar zo te zien is alles gemakkelijk beloopbaar, dus we slaan zijn raad in de wind. Eerst halen we wat boodschappen bij een kleine supermarkt. Langs het mooie, groene klongpad lopen we terug naar het hotel om de boodschappen te dumpen en een paar uurtjes te rusten. Met hervonden energie gaan we 's middags weer op pad. Het is rustig op straat. Tja, alleen domme toeristen wagen zich buiten op het heetst van de dag! Bangkok herbergt een mengelmoes aan architectonische stijlen. Hoogbouw, laagbouw, Oosters, Westers, armoedig of statig. Ook het materiaal waar de gebouwen van gemaakt zijn varieert: beton, hout, golfplaat of steen. De eerste Wat die we op aanraden van de leraar bezoeken, is gesloten vanwege herstelwerkzaamheden, dus bezoeken we de volgende Wat die op het lijstje staat. Daar ontmoeten we een enthousiaste jongeman die een goede promotor van Thailand blijkt te zijn. Hij vertelt dat veel toeristen tegenwoordig naar Laos, Cambodja of Vietnam gaan en Thailand links laten liggen. Onterecht, vindt hij. Bovendien blijven vanwege de oorlogstoestand de Amerikanen weg. Dat scheelt zo'n 20.000 bezoekers op jaarbasis. Maar de regering heeft een plan bedacht om toeristen te lokken. Eens per jaar wordt er een zogenaamde "Promotion"-week gehouden. Tijdens de Promotion kunnen buitenlanders belastingvrij goederen inslaan, zoals juwelen. Deze spullen kunnen ze vervolgens met dikke winst in hun eigen land verkopen. We moeten beslist gaan kijken in het Exhibition Building, waar de Promotion gehouden wordt. Vandaag is de laatste dag. Om van hem af te zijn, zeggen we erover na te zullen denken. Maar we weten al zeker dat we niet zullen gaan. We hebben genoeg andere dingen te doen en bovendien hebben we helemaal geen zin om een al dan niet legale juwelenhandel te starten! Door al het geklets van de tempel-boy ben ik helemaal vergeten om rond te kijken. Dit was in ieder geval de tempel van de Lucky Boeddha, beschermer der reizigers. We lopen door naar de tempel van de Staande Boeddha. De Staande Boeddha is indrukwekkend. Hij is zo'n 15 meter hoog. Gehuld in een oranje gewaad kijkt hij met een serene glimlach op ons neer. Het is lekker rustig bij de tempel. Geen promotiepraatjes deze keer, zodat we op ons gemak kunnen kijken. Verderop staat een kleurrijk Chinees tempeltje met de gebruikelijke leeuwen en draken. We lopen verder naar een volgende tempel. Daarbij hebben we veel steun aan het plattegrondje. We komen langs winkeltjes met spullen die de Thai kennelijk handig vinden, zoals roestige spijkers (bij gebrek aan beter), plastic emmers en Boeddhabeelden. Wanneer we bijna bij de tempel zijn, horen we fanfareklanken. Op een parkeerterrein is een band, bestaand uit kinderen, aan het repeteren. Ze spelen ingewikkeld repertoire, maar het klinkt perfect. Ik vind het erg knap, temeer gezien de instrumenten waarop ze spelen! De twee tuba's in de band zijn dof en gedeukt en de andere blaasinstrumenten zien er niet veel beter uit. Op het tempelterrein treffen we weer een PR-mannetje aan. Ook hij heeft het over de Promotion en prijst Thailand uitbundig aan. We durven intussen niet meer te zeggen dat we morgen naar Cambodja vertrekken! Hij zegt dat hij voor een toeristenorganisatie werkt. Zijn zus is met een Nederlander getrouwd en woont in Amsterdam. Bij het afscheid nemen schudt hij ons de hand en zegt "Doei-doei". We willen een rondje om de tempel maken, maar worden tegengehouden. Er is net een "begrafenisparty" bezig. We werpen een indiscrete blik naar binnen. De familie is op z'n mooist gekleed en staat gezellig te babbelen met een drankje erbij. Er wordt rustige muziek gedraaid. Het lijkt inderdaad net een party. Het enige verschil is dat de gasten een rouwband rond de arm dragen. Paul wordt uitgenodigd om plaats te nemen aan één van de tafeltjes, maar dat vindt hij niet echt gepast. Op weg naar het hotel passeren we een grote kruising met het portret van koningin Sirikit op een billboard. Er is een heleboel politie op de been. Ze zijn bezig de kruising af te sluiten. Nieuwsgierig geworden blijven we staan. Even later komt een motorescorte aanrijden. Daarachter een grote, goudkleurige Mercedes met een vlag voorop, gevolgd door een aantal kleinere Mecedessen. De rij wordt afgesloten door politiewagens. We nemen aan dat we de koninklijke familie hebben gezien, al ging het te snel om iemand te herkennen. Toch leuk. Om zes uur gaan we eten met de groep. Te voet gaan we naar het Chya Phra restaurant, gelegen aan de gelijknamige rivier. We komen door een levendig stadspark, waar Aerobicles gegeven wordt in de buitenlucht. Later op de avond zal een toneelstuk worden opgevoerd. Het publiek zit al klaar op tribunes. In het restaurant maken we nader kennis met onze reisgenoten. O.a. met Jan, die een collega van mijn oom blijkt te zijn. Het eten is lekker. We nemen allebei kip in zoetzure saus. Als toetje krijgen we verse ananas, watermeloen en papaja. Na het diner gaan we met z'n tweeën naar Kao San Road, het centrum voor hippe rugzaktoeristen. Zoals gewoonlijk is het er stervensdruk. De gehele wereldbevolking is vertegenwoordigd. De winkeltjes en stalletjes zijn toegespitst op dit publiek: massagehuizen, souvenirshops, foto-, telefoon- en Internetwinkeltjes, bars, eettentjes en c.d.-stalletjes. We kopen foto- en diarolletjes, want die zijn in Cambodja niet overal verkrijgbaar. In een telefoonshop, annex casino, annex biljartzaal, annex reisbureau bel ik naar huis. Ik heb een goede verbinding. Voor een gesprek van twee minuten betaal ik 30 Bath (= fl. 1,50). We doen nog wat boodschappen voor onze reisdag morgen en dan terug naar het hotel om één nachtje in Bangkok te slapen. Morgen zullen we om kwart over vijf worden gewekt en dan kan het avontuur beginnen!
|
Home | Reizen | Contact | Site Map | Zoeken |