REISAFFICHE

Home Reizen Contact Site Map Zoeken

Inhoudsopgave
Inleiding
Dag 1
Dag 2
Dag 3
Dag 4
Dag 5
Dag 6
Dag 7
Dag 8
Dag 9
Dag 10
Dag 11
Dag 12
Dag 13
Dag 14
DAG 15
Dag 16
Dag 17
Dag 18
Dag 19
Dag 20
Dag 21 en 22
Evaluatie en tips



Wat doe jij tegen agressie en geweld?

Cambodja

Deelnemers en publiek van drakenbootraces

Dag 15: vrijdag 2 november 2001

Phnom Penh
Kunst en cultuur


Nog maar één week te gaan. Aan de ene kant gaat de tijd heel snel, maar aan de andere kant lijkt het alsof we al járenlang weg zijn. We hebben al zoveel gezien en meegemaakt. Het is goed dat ik een dagboek bijhoud, anders zou ik de helft vergeten! Holland is ver weg uit mijn gedachten. Ik kan me niet voorstellen dat het daar waarschijnlijk koud en regenachtig is en dat de mensen boerenkool met worst eten. Ik moet er niet aan denken! Sommige dingen mis ik wél. Zoals een goed stuk oude kaas en een glas halfvolle melk.

We slapen lekker uit, ontbijten in het hotel en trekken dan de stad in. De meeste sporen van het Waterfeest zijn al uitgewist. Her en der zit een standhouder uitgeput op een klapstoeltje langs de kant van de weg. De rommel is bij elkaar geveegd, de podia worden afgebroken en de rust is weergekeerd. Het valt mij op dat er niets vernield is.

Langs het koninklijk paleis lopen we naar het National Museum. Het is een mooi gebouw in Khmer-stijl, gebouwd in roze/rode zandsteen. Binnen staan kleine en grote beelden uit de pré-Angkor en Angkor tijd. Ongeveer van de 9e tot de 15e eeuw. Maar er zitten ook stukken tussen die van vóór Christus stammen. Beelden van Vishnu, Shiva, Brahma, Garuda en Boeddha zijn rijkelijk vertegenwoordigd. Verder is er een kleine afdeling met keramiek en met houtsnijwerk. Tussen de museumstukken door lopen vrouwen met lotusbloemen te leuren.

In een half uurtje tijd hebben we het wel gezien. Bovendien gaat het museum bijna dicht. Tegenover het museum zijn talloze kunstwinkeltjes gevestigd, waar afzichtelijke schilderijen worden verkocht. Verderop zitten werkplaatsen waar huistempeltjes vervaardigd worden. De tempeltjes worden gemaakt van cement met behulp van een mal. Daarna worden ze op de stoep gezet om te drogen. Vervolgens worden ze geverfd in heldere kleuren.

Via wat zijstraatjes lopen we naar de Russische markt. Die wordt gehouden in een grote, moderne markthal. Het heeft veel weg van de Beverwijkse bazaar. Pad na pad vol kledingstukken, groenten, sieraden, huishoudelijke apparatuur, kruiden en plastic manden. Balen rijst worden af en aan gesjouwd. Kleurrijk fruit ligt kunstig opgestapeld.

Na een tijdje rondgedwaald te hebben op de markt, gaan we weer de straat op. Zonder een bepaald doel dolen we door de kleinere straatjes. We komen langs winkeltjes, stalletjes, vuilnishopen, tandartspraktijken en kapsalons. Kiezen trekken of baarden scheren wordt overigens gewoon op de stoep gedaan.

Regelmatig worden we aangesproken door motorijders die ons een lift aanbieden. Ze zijn gelukkig niet opdringerig. Even schudden met het hoofd of "No, thank you" zeggen is genoeg om hen af te wimpelen.

Tussen de middag rusten we uit in het hotel. Daarna gaan we op zoek naar Tabitha. Dat vergt enige uitleg. Toen we op het vliegtuig naar Banlung wachtten, kocht ik bij de taxfree shop een paar geborduurde kaarten met plattelandstaferelen. Ik vond ze erg mooi en had naderhand spijt dat ik er niet meer gekocht had. Op de achterkant van de kaarten stond dat de opbrengst naar een goed doel ging. Dat goede doel is de organisatie Tabitha, gevestigd aan de 400e straat in Phnom Penh. Tabitha helpt weduwen, gehandicapten en andere kanslozen aan werk, zodat ze in hun eigen onderhoud kunnen voorzien. Op de stadsplattegrond zien we dat de 400e straat op loopafstand van het hotel ligt, dus besluiten we een kijkje te gaan nemen.

We lopen langs de brede Norodom Boulevard. Daar is de 400e straat een zijstraat van. We hebben de juiste straat al snel gevonden. Tussen allerlei kapitale witte kantoorgebouwen en ambassades zit op nummer 22 een bescheiden houten winkeltje. Binnen is het tjokvol met handgemaakte spullen. Speelgoedbeesten, koelkastmagneten, kaarten, tassen, opschrijfboekjes enz. enz. Er is zelfs een hele Cambodjaanse poppenfamilie in klederdracht. Aan de wand hangen foto's van de vrouwen die de spullen vervaardigd hebben.

Op de tweede verdieping is nog meer te zien. Daar liggen kerstspullen, plaids, dekbedovertrekken en tafellakens. Allemaal prachtig geborduurd. Ik zou het hele winkeltje wel leeg willen kopen, maar daar is ons budget te klein voor. Uiteindelijk koop ik een aantal kaarten, een klederdrachtpop, een beertje en een kerstboompje. Erg leuk allemaal en ook nog voor een zeer goed doel.

Naderhand lopen we over de boulevard naar de Lucky supermarkt. We slaan lunchspullen in voor morgen. Vlak bij de ingang is een hele afdeling met luxe broodjes. Verder kopen we bananen, frisdrank en wat snoepgoed. Buiten staan de bedelkinderen ons al op te wachten. Ik geef een banaantje aan een klein jongetje, maar dat is niet zo'n goed idee. Meteen word ik omringd door een hele horde zieligkijkende kindertjes. Ik geef zoveel mogelijk banaantjes weg, maar helaas heb ik niet genoeg. Gelukkig verdelen de kinderen hun "buit" onderling. Ze hebben in ieder geval iets gezonds te eten.

's Avonds willen we in de omgeving van de rivier gaan eten. Er zijn twee mogelijkheden die ons aanspreken: het restaurant "Friends", dat gerund wordt door straatkinderen, of de Foreign Correspondence Club of Cambodia (FCCC), waar vroeger de buitenlandse journalisten samenkwamen en wat nu een ontmoetingsplaats is voor wereldreizigers.

Allereerst moeten we een flink eind lopen. We passeren het monument op de Norodom Boulevard, wat nu blauw en rood verlicht is. Dan lopen we langs de rivier richting Koninklijk Paleis. Rondom het paleis zitten talloze gezinnen te picknicken. Ze hebben rieten matjes op straat neergelegd en eten hardgekookte eieren. Ik vraag me af of dit een traditie is op vrijdagavond of een laatste stuiptrekking van het Waterfeest. Het ziet er in ieder geval heel knus uit.

Nadat we het paleis gepasseerd zijn, lopen we op goed geluk een zijstraat in, op zoek naar "Friends". Het is levendig op straat. Iedereen zit op de stoep te eten of maakt nog een karweitje af. Misschien is dit een Islamitische wijk, want uit een radio klinkt plotseling het avondgebed van de imam.

"Friends" kunnen we niet vinden. Sterker nog, we zien geen enkel restaurant. Wel staan we opeens voor de deur van het FCCC. We bestijgen de trap en komen eerst in een boekenwinkeltje terecht. Aan de muren hangen prachtige foto's en schilderijen. We zijn opeens in een cultureel milieu terechtgekomen! Nog een trapje hoger en we komen in een decadente bar, waar "de betere popmuziek" wordt gedraaid. Er staan lederen fauteuils en kleine, ronde tafeltjes. De piepeltjes die in de fauteuils weggezakt zitten, zijn bijzonder hip en Westers. Op de balkons aan beide zijden staan eettafels opgesteld. Het balkon aan de rivierkant zit vol. Wij nemen plaats op het andere balkon, dat uitzicht biedt aan het verlichte National Museum. Even later zitten we zeer decadent te kanen. Paul heeft een pizza genomen en ik een burrito. Wanneer ik over de reling van het balkon kijk, zie ik een Cambodjaanse familie die onder een zeiltje op een dak ligt. Ze zien mij en beginnen te zwaaien. Ik vind het gênant om terug te zwaaien. Het lijkt wel of ik Evita ben en zodadelijk in "Don't cry for me Argentina" zal uitbarsten. Maar níet terug zwaaien is nog lulliger, dus ik zwaai. Ik zie een tiental witte tanden oplichten in het donker: ze lachen allemaal.

Na een heerlijke maaltijd dalen we de trap af en blijven even hangen in het boekenwinkeltje. Er zijn interessante boeken te koop, voornamelijk over het tijdperk van de Rode Khmer. Ook hebben ze kaarten van Tabitha. Leuk dat het zo'n succesvol project is!

<-Vorig hoofdstuk: dag 14 Volgend hoofdstuk: dag 16->
Home Reizen Contact Site Map Zoeken

Valid HTML 4.01 Transitional