REISAFFICHE

Home Reizen Contact Site Map Zoeken

Inhoudsopgave
Inleiding
Dag 1
Dag 2
Dag 3
Dag 4
Dag 5
Dag 6
Dag 7
Dag 8
Dag 9
Dag 10
Dag 11
Dag 12
Dag 13
Dag 14
Dag 15
Dag 16
Dag 17
Dag 18
Dag 19
Dag 20
Dag 21
Dag 22
Evaluatie en tips



Egypte 1992

Kameel in Cairo

Evaluatie en tips

Dat hoort bij het land
Tips
Afd(w)ingen
Helba
Doeba, doeba!


Dat hoort bij het land

Deze vakantie was heel bijzonder. Dat merk je pas wanneer je weer thuis bent. Ik paste me snel aan aan het leven in Egypte. Na één dag keek ik er niet meer van op dat er uien lagen op de trap van het hotel en dat er knoflook uit het raam hing. Dat alles onder een dikke laag stof zat. Dat de huizen nooit worden afgebouwd. Dat er schapen op het dak staan. Dat je kunt eten voor fl 1,50 per persoon. Dat er vlak voor je ogen een geit geslacht wordt. Dat kinderen met ernstige smoeltjes om pennen vragen.

Je móet jezelf wel aanpassen. Anders erger je je kapot aan de rotzooi op straat, aan het chaotische verkeer of aan de laconieke manier van leven, of je wordt triest van de armoede en ellende die je om je heen ziet. Je moet er gewoon in opgaan en bij alles denken: zo gaat dat hier nu eenmaal; dat hoort bij het land.

Pas wanneer je thuis bent, realiseer je jezelf weer dat het in Nederland héél anders is. Dat je bij de Konmar niet hoeft af te dingen, bijvoorbeeld. Ook daar was ik weer snel aan gewend.

Tips

Het mooiste wat ik in Egypte gezien heb, waren niet de piramides, maar Abu Simbel. Vooral de afmeting van het gevaarte heeft indruk op mij gemaakt. Als je in de gelegenheid bent, breng dan absoluut een bezoek aan het immense bouwwerk.

Ik heb me als vrouwelijke toerist nooit ongemakkelijk gevoeld en werd met respect behandeld. Het is wel zaak dat je je niet te 'bloterig' kleedt, d.w.z. schouders en knieën bedekt houden. Dat geldt overigens niet alleen voor vrouwen.

Snorkelen in de Rode Zee is een absolute aanrader. Wees op je hoede met duiken: laat je goed voorlichten en ga niet met de eerste de beste "in zee".

Wat ook de moeite waard is, is een bezoekje aan Brooke's Animal Hospital. Er zijn o.a. vestigingen in Luxor en Cairo. Kijk voor informatie op de Nederlandse site www.brooke.nl. Natuurlijk zijn donaties welkom! Ze doen goed werk.

Neem voor de bedelkinderen pennen mee. Dat is beter dan geld of snoep geven.

Afd(w)ingen

Op een avond liepen we met de hele groep door Luxor op weg naar een restaurant. Zoals gewoonlijk werden we door allerlei kooplieden nageroepen. Bij het passeren van een tapijtwinkeltje, riep de verkoper ons toe: "Five bound, five bound!" Henk zag een aardig tapijtje hangen met kamelen erop. "Oké, geef me deze maar voor vijf pond," zei hij. Maar dat was niet de bedoeling! Het kleed dat Henk aangewezen had, kostte 70! De kleedjes van 5 pond lagen binnen, legde de verkoper uit.

"Kom kijken," zei hij, en sleurde Henk de winkel in. Daar werden de kleedjes uitgestald. 't Waren mottige vodjes. Nee, Henk bleef erbij: hij wilde die met de kamelen. Voor 5 pond! "Nee, nee, dat kan niet! U maakt me kapot!" riep de verkoper met veel gevoel voor dramatiek. "Veertig, daar doe ik het voor." Waarop Henk zei: "Goedendag, beste vriend" en het pand verliet.

De volgende dag ging hij terug. De verkoper kende hem uiteraard nog. De discussie begon weer van voren af aan. Eigenlijk was het Henk niet zozeer om het tapijt te doen, alswel om het spel! De verkoper zakte nu tot 35 gulden en riep: "Ik ga failliet," terwijl hij Henk huilend om de hals viel. Henk was echter keihard en verliet wederom de zaak zonder kleed!

De tapijten-story deed ondertussen de ronde door de hele groep. Het was een soort vervolgverhaal! De derde keer ging Sven mee, die wilde het weleens van dichtbij zien! Na lang onderhandelen kreeg Henk nogmaals 5 pond van het bedrag af. De koop was inmiddels gesloten, toen de winkeleigenaar tussen beiden kwam. Dertig pond? Dat kon toch echt niet. De koop moest ongedaan gemaakt worden. Sven trad assertief op en zei dat de deal nu al gesloten was, doch de baas bond niet in. Als compromis legde Henk er 2 pond 50 bij en toen was het kleed eindelijk van hem! Het mooie was dat hij later in Cairo ongeveer hetzelfde kleed voor 25 pond kreeg aangeboden!

Helba

Helba is een kruidendrankje, gemaakt met fenegriek. Het ziet piesgeel en het smaakt naar zoete bouillon. Toen Sven het een keer bestelde, wilde iedereen wel een slokje proeven. De meningen waren verdeeld. Jannette vond het echter zó lekker dat ze het de volgende keer zelf bestelde. De ober keek vreemd op. Helba? Waarom geen Cola of thee of sap? "Nee, ik wil Helba," zei Jannette vastbesloten. Hoofdschuddend ging de ober heen.

Het was me al vaker opgevallen dat Egyptenaren nogal geringschattend over hun eigen land en producten doen. Als een toerist om iets typisch Egyptisch vraagt, wordt er verbaasd gereageerd. "Vind je dat móói? Je kunt veel beter deze nemen; die is made in Taiwan." Nee! Wij willen made in Egypt en we willen gewoon Helba! Thuis kunnen we Cola genoeg drinken.

Telkens wanneer Jannette Helba bestelde, stuitte ze op onbegrip. Sommige obers schoten zelfs in de lach. Jannette werd er behoorlijk ibbel van. "Wat is er toch? Spreek ik het misschien verkeerd uit ofzo?" riep ze vertwijfeld.

Op de één na laatste avond waagde ik mij ook aan het bestellen van een Helba. De ober deed eerst alsof hij het niet verstond. Sven moest er aan te pas komen. De Helba bleek op te zijn, maar ik kon wel Zahreb krijgen. Zahreb is een melkachtig, warm drankje wat een beetje naar griesmeel smaakt. Er drijven pinda's en nootjes in. Ik vond het lekker. Lekkerder dan Helba, zelfs!

Doeba, doeba!

Zoals op al onze vakanties mocht Suus, onze reisbeer, mee. We haakte hem met een carabiner aan de rugzak vast en trokken drie weken met hem door Egypte. Nou, dat hebben we geweten!

Bij het Egyptisch Museum in Cairo moest ik de rugzak in bewaring geven. Toen ik vroeg hoeveel het kostte, zei de gesluierde dame achter het loket: "Dat laat ik aan u over. Maar ik wil graag de beer".

Een dag later liepen we door een volkswijkje bij het Gayer Anderson Museum. De hele buurt liep uit om naar de beer te kijken. "Doeba, doeba!" werd er geroepen en "Dabdoek!" De kinderen waren echter verlegen en bleven aan de overkant staan giechelen. Een paar brutaaltjes vroegen of ze de beer mochten hebben, maar Paul zei dat de beer van hem was. Dat vonden ze heel raar.

Ook in de straatjes van de bazaar werd Suus niet ongemoeid gelaten. Kinderen riepen: "What is that? What is that, Sir?" "That is my baby," antwoordde Paul. Ze moesten er erg om lachen. Sommigen wilden de beer kopen of ruilen. Een jongeman bood er 400 pond voor. Bij de Piramides was er zelfs een jongetje die zijn kameel wilde ruilen voor de beer! En in Aswan rende een verkoper zijn winkel in en kwam terug met een levend krokodilletje als ruilwaar!

Een heel Nubisch dorpje stond op z'n kop toen Suus er verscheen. De kinderen kwamen aanrennen en riepen wederom "Doeba, doeba!" Eén Nubische schone wilde bijna uit een raam op de tweede verdieping springen om de beer te knuffelen. Haar moeder kon haar nog net tegenhouden!

Soms is het beter Suus even op te bergen. Zoals bij een bezoek aan het platteland of wanneer je door de bazaar loopt. Sommige brutale kinderen probeerden de beer af te pakken door aan zijn poten te trekken. Nu zat Suus stevig vast, maar hij slijt wel sneller als er zo aan hem getrokken wordt!

We waren overigens nieuwsgierig geworden naar de betekenis van de woorden "doeba" en "dabdoek". We vroegen het aan Sven. Hij wist het niet uit z'n hoofd, maar zou het opzoeken. Ten slotte had hij gevonden: "doeba" betekent "beertje", doch "dabdoek" stond niet in het woordenboek. Waarschijnlijk is dat een soort troetelnaampje.

We weten nu in ieder geval waar je een Egyptisch kind blij mee kunt maken. Volgende keer nemen we een paar reserve-Suzen mee!

<-Vorig hoofdstuk: dag 22
Home Reizen Contact Site Map Zoeken

Valid HTML 4.01 Transitional