REISAFFICHE

Home Reizen Contact Site Map Zoeken

Inhoudsopgave
Inleiding
Dag 1
Dag 2
Dag 3
Dag 4
Dag 5
Dag 6
Dag 7
Dag 8
Dag 9
Dag 10
Dag 11
Dag 12
Dag 13
Dag 14
Dag 15
Dag 16
Dag 17
Dag 18
Dag 19
Dag 20
Dag 21
Dag 22
Evaluatie en tips Foto's



Madagaskar en Mauritius 2006

Ringstaartmaki's, Anjá

Dag 13: maandag 23 oktober 2006

Papierfabriek in Ambalavao
Privéreservaat Anjá
Ranohira

Kerstkaartmateriaal



Voordat we vertrekken uit Fianarantsoa gaan we met z'n allen langs de supermarkt en de bank. We moeten vooral veel water in slaan, voor de komende wandeltochten door Isalo National Park. De supermarkt is nog niet open, zodat we een stukje doorlopen. Verderop in de straat zitten voornamelijk kleding-, schoenen- en stoffenzaken.

De supermarkt blijkt een klein buurtwinkeltje te zijn. Er wordt net een voorraad water binnengebracht, die binnen een mum van tijd is uitverkocht. Ik koop nog snel wat banaantjes op straat. Paul is alvast teruggelopen naar de bus, die voor het hotel staat. Hij heeft contact gekregen met een zwerfjochie, dat op tranentrekkende wijze "I have a dream" zingt. Hij wil dat Paul zijn carrière sponsort! Het is tijd om te vertrekken en we nemen afscheid van de jonge minstreel en zijn maatjes.

Mange rijdt ons naar de kantorenwijk, waar we uit twee banken kunnen kiezen: Credit Lyonnais of Bank of Africa. Bij beide banken staat een rij van zo'n driehonderd mensen. Henk heeft de flair om helemaal naar voren te lopen en bij het loket te vragen: "Kan ik hier geld wisselen?"

De bankemployé knikt en zet de Euro's in Ariary's om. Dat het zó gemakkelijk zou gaan, had Henk niet verwacht! Hij wisselt ook meteen voor de andere groepsleden. De achterblijvers in de bus worden ondertussen vermaakt door het zingende zwervertje, dat ons wonder boven wonder heeft weten te vinden. Hij heft wederom "I have a dream" in steenkolen Engels aan. "I won't forget you!" roept hij dramatisch wanneer de bus zich in beweging zet. We zullen Henk Jan Smit op hem afsturen!

We verlaten de stad en komen door een streek die bekend staat om zijn wijngaarden. De dorpjes waar we doorheen rijden, hebben allemaal een eigen Mariabeeldje, dat meestal hoognodig gerestaureerd moet worden.

Na de wijngaarden wordt het landschap steeds kaler en rotsachtiger. Over de weg loopt een kudde zeeboes met hun herder. We stoppen om het tafereel vast te leggen. Hoewel het landschap behoorlijk dor is, heeft het kleurschakeringen genoeg om boeiend te blijven. Ook de grillige rotsformaties zijn het bekijken waard.

In Ambalavao maken we een tussenstop om een bezoek aan de plaatselijke papierfabriek te brengen. De gids die we meekrijgen, spreekt beroerd Engels. We snappen weinig van z'n uitleg. Eigenlijk spreekt het proces een beetje voor zich. Van een bepaalde boom worden takken afgehaald. Die worden helemaal tot pulp gekookt. De bast wordt eruit gehaald. Van de overgebleven vezels wordt een bal gerold. Die wordt uit elkaar gehaald, gezeefd en plat geslagen. De platgeslagen vezels worden over een groot oppervlak uitgespreid, waar een meisje er kleinere formaten van snijdt. Het papier ziet er in die fase uit als een witte brei. Een ander meisje legt met behulp van verse bloemen patronen in het papier. Daarna wordt het gedroogd op grote raamwerken.

Het handgemaakte papier is niet gebruiksvriendelijk, want het is net zo grof als raufaserbehang. We kunnen het uiteraard kopen in de souvenirshop. Aan de wand van de winkel hangen allemaal pasfoto's, waarschijnlijk van tevreden klanten. Eén man met ruige baard en wilde blik in de ogen doet ons aan een Al Qaeda-activist denken. Wij zijn niet de enige met die associatie, want een grapjas heeft met pen "Bin Laden" onder de foto gezet.

Onze gebrekkig Engelssprekende gids gaat mee naar de volgende excursie: privé wildpark Anjá. Onderweg wijst hij ons een rotsformatie aan en begint iets onduidelijks te roepen. We snappen er eerst niets van, maar dan dringt het langzaam tot ons door dat hij "sleeping girl" zegt. Inderdaad, de rots heeft wel wat weg van een vrouw die op haar zij ligt te slapen. Aan de andere kant van de weg ligt een woeste rotsformatie van grove rotsblokken. "Dat is zeker haar schoonmoeder," zeg ik tegen de gids, maar hij begrijpt me niet.

Bij Anjá aangekomen, gaan we eerst lunchen op een picknickplaats. Wanneer we te horen krijgen dat de wandeling pittig is, besluit een deel van de groep niet mee te gaan. Paul en ik willen het erop wagen. We gaan met ongeveer de helft van de groep op pad.

Bij de ingang van het park komen we meteen al een schattige, bruine lemuur tegen. Het lijkt wel alsof hij ons op komt halen! Hij loopt een tijdje voor ons uit, gaat dan op een rots liggen en begint zich uitgebreid te wassen. Als een volleerd model laat hij zich aan alle kanten fotograferen en neemt steeds weer andere houdingen aan. Wat een grappig beestje! Het is een echte entertainer!

We laten hem achter en trekken verder. De wandeling is niet lang, maar het pad is moeilijk begaanbaar. We moeten regelmatig over rotsen klauteren. Op een open plek huist een groepje ringstaartmaki's. De meesten liggen boven in de bomen te slapen. Een vrouwtjesmaki, met een baby'tje op haar rug, zit echter klaar om ons te "ontvangen". Ondanks dat ze een jonkie bij zich heeft, mogen we heel dicht bij komen. Ze ervaart mensen duidelijk niet als bedreiging.

Opeens is ze het zat en ze springt, met jonkie en al, op een tak. Pappamaki voegt zich bij hen. Hij begint het kleintje te likken en omhelst mammamaki. We zijn allemaal vertederd door dit lieflijke schouwspel. "Dat is mooi voor een kerstkaart," hoor ik iemand zeggen. Er worden heel wat foto's gemaakt, maar of ze allemaal lukken? Maki's zijn levendige beestjes en ze zitten niet bepaald stil!

De gids leidt ons verder en we komen bij een grot. In een nis hangt de schedel van een zeeboe. De gids legt het één en ander uit, maar we snappen er weer helemaal niks van. Het komt er op neer dat de grotten ooit bewoond waren, maar in welk tijdperk dat was, weet ik niet.

Een volgende grot werd bewoond door de "king and quen", zoals de gids het zegt. Zo doen we nog twee grotten aan. Niet bijster interessant. Maar de maki's had ik niet willen missen! Dit is de enige plek waar we ze kunnen zien tijdens deze reis.

We hebben nog een lange rit voor de boeg. Het landschap verandert voortdurend. De rotsformaties maken plaats voor vlak land met grillige bomen, verdord gras en enorm veel termietenheuvels. We stoppen even om de benen te strekken en een langstrekkende kudde zeeboes te observeren. De runderen hebben oormerken om te voorkomen dat ze gejat worden. In deze streek woont de Barastam. Onder jonge Bara-mannen is het traditie om vee te stelen: daarmee win je het respect van je toekomstige bruid en schoonfamilie. Zelfs als je ervoor in de gevangenis belandt! De Bara is overigens de enige polygame stam in Madagaskar.

Even later stopt Mange in een dorpje om te tanken. Wij kunnen ondertussen shoppen in het winkeltje van het tankstation. Ze hebben Franse tijdschriften uit 2005! Paul koopt een flesje cola en geeft een bodempje frisdrank aan een bedeljongetje. Het jochie is er heel blij mee. Hij gaat op een stoepje zitten om er eens lekker van te genieten. Kinderen vragen regelmatig om lege flessen. Wat ze ermee doen, is mij een raadsel. Er zit geen statiegeld op, bij mijn weten.

Het volgende stuk van de reis leidt door een vlak, uitgestrekt steppelandschap, waar het dorre gras regelmatig sporen van brand bevat. De streek is dun bewoond. Soms duikt er vanuit het niets een fietser op, die dapper voortploegt.

Midden in niemandsland stuiten we op een politieblokkade. De bus wordt omsingeld door zes grijnzende gendarmes. Ze zijn in onberispelijke, vlekkeloze uniformen gestoken. Mange voert het woord. We mogen doorrijden.

Om half zes komen we aan in Ranohira. Mange stopt bij een vervallen hotel. Dat ziet er weinig belovend uit. Het blijkt dat we hier niet hoeven te overnachten: Mange pikt alleen een gids van Mora Travel op, het agentschap waarmee Djoser samenwerkt. We rijden het dorp uit en daar, op het platteland, ligt ons luxe bungalowpark! Wat boffen we toch telkens met de accommodatie! Het is een prachtige locatie en de bungalows zijn gezellig ingericht met houten meubels. Er staat een soort televisiemeubel in de kamer. Zonder televisie uiteraard, want televisies zijn hier een schaars goed. Ik heb er tot nu toe slechts twee gezien. De badkamer is lang en smal. De douchebak is lekker ruim, daar passen we met z'n tweeën in. Vanuit het w.c.-raampje heb je een spectaculair uitzicht over de "steppe".

Aan de overkant van de weg gaat de zon onder boven de heuvels. De hemel verkleurt in allerlei schakeringen van paars.

Nadat we in het restaurant van het hotel gegeten hebben, gaan we onze bagage herindelen. We trekken morgen het Isalo national park in en zullen daar één nacht kamperen. Morgen nemen we zelf een dagrugzakje mee, met spullen voor onderweg. De spullen die we 's avonds pas nodig hebben, gaan mee met de dragers, die door Djoser ingehuurd zijn. Alle andere spullen blijven achter in het bungalowpark.


<-Vorig hoofdstuk: dag 12 Volgend hoofdstuk: dag 14->
Home Reizen Contact Site Map Zoeken

Valid HTML 4.01 Transitional